Slapen jullie met z’n viéren in dàt busje? Het is vraag numéro uno als iemand iets wilt weten over onze VW-bus. Euh, ja dus. Het hefdak gaat omhoog, waardoor een bed voor de meisjes tevoorschijn komt en wij slapen beneden, waar de zetel uitgeklapt wordt tot een (smal) tweepersoonsbed. Oké, het is eerder een bed in formaat ‘twijfelaar’, maar daar hebben we eigenlijk geen last van.

Bijna de hele maand augustus zaten wij in Zweden, het walhalla voor wildkampeerders. Vorig jaar trokken we een paar weken door Duitsland en het jaar daarvoor trokken we naar Slovenië. Nog het jaar daarvoor huurden we een camper om tien dagen naar de Waddeneilanden te gaan. Dat was onze proefreis, de Grote Test om te zien of reizen met zo’n busje écht wel zo leuk was als we al jaren in ons hoofd en onze dromen hadden. Zo’n testreis moet je echt doen, als je ook droomt van een busje dan weet je of het iets voor jou is. Ons antwoord was na die tien testdagen in elk geval vier keer voluit: JA.

Om te weten of jij ook JA zou antwoorden, som ik even voor je op waar je aan moet denken voor je zo’n busje koopt of huurt. Ik schreef al eens drie dingen op die je moet weten als je met een kampeerbusje reist, hier volgen nog meer praktische tips:

  • Je gaat meestal met de kippen op stok – en met kleine kinderen ben je ’s ochtends ook vaak samen wakker. (Dat begint gelukkig te beteren. Tegenwoordig kunnen we al eens vaker opstaan en op ons gemak, in alle rust, die eerste koffie van de dag drinken.)
  • ’s Nachts naar buiten moeten om naar het toilet te gaan. Niet tof. Maar dat is in een tent ook zo.
  • Je kunt een chemisch toiletje meenemen, maar dat neemt weer te veel plaats in, dus als je naar een café gaat, moet iedereen verplicht ‘nog eens proberen’. Plassen in de bosjes is ook een essentiële vaardigheid geworden bij ons. Gelukkig staan er in Zweden op veel (wildkampeer)plaatsen ook gewoon droogtoiletten.
  • We vinden het fijn om halverwege een lange reis voor een paar dagen een huisje te boeken bij wijze van break.
  • Je hoort alles. No further comment.

Tot slot de twee belangrijkste zaken waar je je van bewust moet zijn als je met een kleine campervan met daarin vier mensen rondtrekt.

  • Eén, je moet je bagage zeer, zéér compact inpakken. Eigenlijk moet je denken dat je met een rugzak rondtrekt, zo weinig kan je meenemen. Enkel de basics.
  • Twee, je hebt een strakke routine van opruimen en reorganiseren nodig. Na drie dagen wildkamperen is onze bus altijd een stort en gaan we een nachtje op een camping staan om bijna alles uit te laden en weer te fatsoeneren. En om te douchen, dat ook. (Hoewel we in Zweden zo vaak in meertjes hebben gezwommen dat het best nog meeviel met onze lijfgeur… denk ik.)

En dan nu… De leuke dingen! De dingen waarvoor je het doet, met zo’n busje reizen.

  • Freedom! Een VW-busje is klein genoeg om op de allermooiste plekjes te geraken en je hebt alles bij de hand – koelkast, eten, spullen, terrastafel en stoelen, zwemgerief als je plots aan een mooi meertje belandt… Je kunt niets vergeten want je hebt het altijd bij.
  • Het lijkt een beetje op een Polly Pocket huis: elk ding in de bus heeft een functie (of nog beter: twéé!), elk hoekje heeft een openklapmogelijkheid. Het zou me niet verbazen als er ergens nog een kastje zit dat we nog niet ontdekt hebben.
  • It makes a great hotdogkraampje.
  • Het duurde een tijdje voor we de routine in de vingers hadden, maar dat gaat naarmate zo’n reis vordert altijd steeds beter. Na twee jaar zijn we echt supervlot geworden in opstellen en opkramen, en in de setting veranderen van nacht naar dag of omgekeerd. Alles heeft zijn plekje, je weet beter welke dingen je best (niet) meeneemt en waar je ze moet leggen… (En oké, ja, dat ene onhandige kruinet dat we maar één keer gebruikten, dat laat ik volgend jaar wel thuis.)
  • Als het regent, is er plaats in de bus. Om boven in het bed wat te gaan chillen of lezen of spelen, of om beneden aan het binnentafeltje een spelletje te spelen, te koken of te eten.
  • Het is ook een geweldige manier om à l’improviste alleen, met z’n tweeën of met een vriend(in) voor één of twee nachtjes weg te gaan of te blijven slapen na een feestje. Dat is zo beperkt in tijd dat je nooit aan de alarmfase van dag drie komt (de befaamde Help De Bus Is Een Stort-fase, zie boven).
  • Omdat het busje zo compact is, kunnen we het ook als gewone auto gebruiken.
  • Voor interviews, reportages of als ik Met Devos in het bos ga, zoals hier met Begijn, kan ik altijd verse koffie maken, heb ik standaard genoeg zitplaatsjes bij de hand en kan ik, als het laat wordt, overnachten en intussen mijn tekst al uittikken. Handeug!

Oh ja, wat het reizen betreft: nog even een kleine side note voor campingeigenaars. Doe iets aan die douches!

  • Sproeikoppen die je levend zandstralen: niet tof.
  • Timers die niet aangeven wanneer ze gaan stoppen: niet tof. (Hand omhoog als je al eens met je hoofd vol shampoo geen water meer kreeg en geen mogelijkheid had om douchemunten te gaan bijhalen.)
  • Familiebadkamers: wel tof!
  • Toiletten met verdoezelende muziek: ook tof. (Of nog beter: op zichzelf staande droogtoiletten! De geur neem ik er dan wel bij. Ik haat eigenlijk alle andere soorten campingtoiletten.)

Lap, nu heb ik goesting om weer te vertrekken! En jij?

2 reacties op “Vanlife: hoe gaat dat nu écht, reizen met een kampeerbusje?

  1. Dit komt zeer gepast, volgende vrijdag trekken we een weekje weg in zo’n camper 😉

    Hoe is het met jou?

    Groetjes,

    Lot Vanderoye

    Campagnecoördinator Natuurpunt Natuurpunt secretariaat Mechelen Coxiestraat 11 – 2800 Mechelen • tel:015-29 72 20 • fax:015-42 49 21 • info@natuurpunt.behttp://www.natuurpunt.be Op woensdag ben ik niet bereikbaar. ON 0434.364.713, RPR Ondernemingsrechtbank Antwerpen, afdeling Mechelen

    Like

Plaats een reactie